Paraatheid

Bewustzijn maakt ons het meeste tot mens. Het is voor ons zo gewoon dat we er weinig bij stilstaan. We menen het te kennen, maar feitelijk weten we er weinig van. Daarom maken we veiligheidsbeleid dat helemaal niet kan werken. Zo is er een stroming die zich richt op bewust handelen als remedie tegen incidenten. Dat klinkt logisch maar gaat voorbij aan de recente inzichten over de werking van het brein. Over die inzichten en over hoe we bewustzijn wel kunnen inzetten voor veilig gedrag, daarover gaat dit bericht.

Bewustzijn is het besef van bestaan of zijn

— Juni Daalmans

Definitie bewustzijn: het actuele besef van bestaan

In de loop van de tijd zijn veel definities gehanteerd over bewustzijn. In dit bericht wordt geopteerd voor de  allereenvoudigste: bewustzijn is het besef van bestaan of zijn. Bewustzijn uit zich in een besef dat men denkt, waarneemt, voelt en handelt. Daarmee onderscheidt bewustzijn zich van die activiteit zelf. Het denken, waarnemen, voelen en handelen behoort tot de (onbewuste) werkzaamheden van onze automatische piloot.

 

Bewustzijn versus automatische piloot

Het brein kent een duidelijke taakverdeling. De automatische piloot handelt op basis van aangeleerde patronen, het bewustzijn aanschouwt de handeling. De rol van de automatische piloot is te zorgen dat onze drijfveren (zoals zorg voor veiligheid en voortbestaan) zich in deze wereld kunnen manifesteren. Dit vormt de basis van gedrag. Het bewustzijn kan los van patronen reflecteren en nieuw gedrag creëren. Bewustzijn speelt altijd een rol als de automatische piloot er niet uitkomt.

 

Welk % van ons gedrag komt bewust tot stand?

Vaak denkt men dat 10 tot 20% van alle gedrag vanuit het bewuste komt. Als men door een groene bril een inschatting maakt, denkt men dat de wereld groen is. In feite ligt dit percentage veel lager. Het bewuste draagt niet meer dan 1% bij aan het gedrag. Anders geformuleerd, meer dan 99% van alle gedrag ontstaat onbewust vanuit de automatische piloot. Het idee dat een mens een bewust handelend wezen is klopt dus niet.

 

Voorbeeld: autorijden

U heeft het vast wel eens meegemaakt: U rijdt met de auto naar huis en daar aangekomen ineens denkt “verhip ik ben er al”. Er zijn geen herinneringen van het laatste deel van de rit. Misschien mist u wel een kwartier uit de film van uw leven. Uw automatische piloot heeft 100% zelfstandig gereden zonder bemoeienis van het bewustzijn. We kunnen hieruit concluderen dat zelfs in zeer complexe en gevaarlijke situaties de automatische piloot veilig kan handelen.

 

Een nieuw inzicht leidt niet vanzelf tot veranderend gedrag

Een nieuw inzicht kan snel leiden tot andere nieuwe inzichten. Bij gedrag is dat anders. Gedrag is verankerd in onbewuste patronen. Als we gedrag willen veranderen, moeten we die patronen gaan ombouwen. Denk maar eens aan een ingeslepen gewoonte die aan verandering toe is. Dat is knap lastig. Omdat het bewuste maar zo beperkt gedrag aanstuurt, neemt de automatische piloot het al snel weer over en die heeft nog steeds zijn oude programma. Een nieuw inzicht leidt dus zelden spontaan tot nieuw gedrag. Daar is veel oefeningen voor nodig.  Daarom vallen we steeds weer terug in oude gewoontes.

 

Voorbeeld: gehoorbescherming introduceren

Stel dat er in een werkplaats wel gewerkt wordt met een helm maar niet met gehoorbescherming. Met de komst van nieuwe machines neemt de geluidsbelasting toe. Daarom moet men voortaan oorkappen opzetten bij het binnengaan van de werkplaats. t Deze nieuwe regel wordt uitgelegd in een werkoverleg. De aanname daarbij is dat nieuwe kennis leidt tot nieuw gedrag. In de praktijk zal men vervolgens zien dat bijna iedereen zonder deze bescherming de werkplaats binnenloopt. Vanuit de leiding wordt dit vaak geïnterpreteerd als een vorm van onwil die alleen met straf kan worden veranderd. In feite is het bewustzijn niet sterk genoeg om bij de deur van de werkplaats te waarschuwen dat ander gedrag is vereist. De automatische piloot blijft vanuit het oude programma het gedrag aansturen en verandert alleen door training en veel feedback.

De rol van de automatische piloot is te zorgen dat onze drijfveren (zoals zorg voor veiligheid en voortbestaan) zich in deze wereld kunnen manifesteren.

— Juni Daalmans

Bewustzijn heeft geen thuisbasis in het brein

Een bijzonderheid van bewustzijn is dat het anders dan de automatische piloot geen fysieke basis in het brein heeft. Het is niet te zien op een MRI-scan. Waarschijnlijk ontstaat bewustzijn door interactie van verschillende hersengebieden. Voor zijn werking moet het bewustzijn dus capaciteit lenen van de automatische piloot. Als het zich iets wil voorstellen maakt het bijvoorbeeld gebruik van de visuele delen van het brein. Dat kan tot problemen leiden, vooral als de automatische piloot ook bezig is met taken die middels diezelfde gebieden worden uitgevoerd. Dan ontstaat er competitie over het gebruik van dat hersengebied en gaat de kwaliteit van die taken achteruit. Bewust handelen is dus niet alleen maar positief. Het kan een geautomatiseerde taak verstoren. Dit kan tot veiligheidsrisico’s leiden. De opvatting dat bewust handelen veiliger is, klopt derhalve niet. Goed geautomatiseerd gedrag is veiliger.

 

Multitasken?

Kunnen we dan niet multitasken? Dat kan prima, zolang als alle taken maar door de automatische piloot gedaan kunnen worden. Zo kunnen we probleemloos onze haren kammen en eten terwijl we auto rijden met een muziekje op de achtergrond. Zodra we daar een bewuste taak aan toevoegen, wordt het anders. Het is maar net welke delen van het brein door het bewuste geleend worden van de automatische piloot.

 

Een voorbeeld: bellen tijdens het rijden

Bellen in de auto (er bestaat overigens geen verschil tussen handsfree en handsheld bellen, maar dat terzijde) vraagt dat we ons een beeld vormen van de persoon aan de andere kant van de lijn. Het bewustzijn benut hiervoor een deel van de bestaande visuele capaciteit. Indien we iemand in een autosimulator laten bellen, valt op dat bellers aanmerkelijk meer moeite hebben om visuele informatie waar te nemen. Zo worden fietsers aan de rand van het gezichtsveld (fietspad) niet genoteerd. Bovendien verwerkt men minder feedback over het eigen rijgedrag. Geen wonder dat de mobiele telefoon leidt tot minstens 100 verkeersdoden en 20.000 ernstige gewonden per jaar in Nederland. Bellen tijdens het rijden heeft een verstorend effect op het veilig rijden van de automatische piloot. Die verstoring is vergelijkbaar is met de consumptie van vier glazen alcohol.

 

Één ding tegelijk

Een bijzonderheid van het bewustzijn is dat het ondeelbaar is, het kan zich maar op één ding tegelijk kan richten. Als we twee bewuste taken tegelijk uitvoeren, blijkt dat we snel wisselen van de ene naar de andere bewuste taak. Voor complexe bewuste taken (bijvoorbeeld informatie van een meetpaneel interpreteren en een gesprek voeren) moet daarvoor steeds het werkgeheugen worden geladen met relevantie informatie voor die wisselende taken. Dit kost tijd en energie. De kwaliteit en de veiligheid van de uitvoering gaat hierdoor zichtbaar achteruit. Een slechte organisatie van taken verhoogt het veiligheidsrisico.

 

Bewuster werken!

De slogan “we moeten bewuster werken” klinkt leuk maar kan helemaal niet. Als we alles bewust zouden moeten doen, zouden we helemaal stilvallen. Het bewustzijn kan maar één taak tegelijk aan, de rest zal toch echt via de automatische piloot moeten geschieden. We kunnen er wel voor zorgen dat er geen onnodige afleiding is. Verder kunnen we de automatische piloot instrueren zodat deze de taken goed aankan. Dat betekent de risicodetectie versterken en de vaardigheden aanleren om op een juiste manier met risico’s om te gaan.

 

Meer weten?

Een aantal elementen uit dit bericht zijn verder beschreven in het boek veilig werkgedrag door Brain Based Safety. Voor de echt geïnteresseerden start binnenkort weer de open opleiding. In vier dagen wordt u ingewijd in de essentie van het gedachtegoed.

Locatie
Bassin 120,6211 AK Maastricht, NL
Contact
info@kpe.nl+31 85 016 0478

Brain Based Safety wordt aangeboden door KPE Groep. Alle rechten voorbehouden.